Ik was afgelopen zondag op de Deventer boekenmarkt, en het viel me sterk op dat de meeste boekhandelaren hun klanten het gekochte boek overhandigden met de wens Veel plezier ervan! Dat vond ik vreemd, want ik was - dacht ik - gewend aan Veel plezier ermee! Ik kon me ook niet herinneren dat ik dit eerder zo vaak, of zo consequent zo gehoord heb. Ik kom al zeker vijfentwintig jaar elk jaar op die boekenmarkt, en er zal in die tijd best wel eens een handelaar Veel plezier ervan! gezegd hebben, maar dan heb ik dat ongetwijfeld toegeschreven aan een verdwaalde variant op het gewone Veel plezier ermee! Dit jaar was er niemand die mij dat laatste wenste. En het ging ook niet alleen om boeken die ik zelf kocht (dan zou je nog kunnen denken dat ik dit jaar minder boeken heb gekocht waardoor mijn waarneming sneller scheefgetrokken kon worden). Ook om mij heen hoorde ik eigenlijk alleen maar Veel plezier ervan!
Eigenlijk associeerde ik Veel plezier ervan! met taalgebruikers uit de noordelijke (of noordoostelijke) helft van Nederland (als ik het terughaal hoor ik iets van een noordoostelijke tongval in dat ervan), maar zeker weten doe ik dat niet. Het kan ook zijn dat het iets moderns is, maar ook dat kan een geval van taalkundig gezichtsbedrog zijn omdat het me nu zo sterk opvalt.
Taalkundig is het verschil niet zo heel erg spannend. Je kunt het droogkoken tot een tijdsverschil in de semantische rol van het gewenste plezier. Die semantische rol is ongetwijfeld op de een of andere manier het resultaat, of het gevolg van iets. Zeg je Veel plezier ermee! dan wordt het gewenste plezier geacht op te treden als gevolg van, tijdens het lezen van het boek (eigenlijk: tijdens het veronderstelde gebruik van het boek). Bij Veel plezier ervan! ligt de nadruk veel meer op het plezier dat optreedt als gevolg van, maar na het lezen van het boek.
Andere gebruikswijzen van plezier van of plezier met ondersteunen dit. Je hebt plezier van een opvoeding of opleiding, maar plezier met een spelletje of een theatervoorstelling. Uiteindelijk is dit verschil terug te voeren op de betekenis van het voorzetsel van, dat een bron of oorzaak aanduidt, tegenover het voorzetsel met, dat eerder op een samengaan of gelijktijdigheid duidt.
Zo'n verschil is natuurlijk ook voer voor cultuurfilosofen. Voor een cultuurfilosoof van pakweg een halve eeuw geleden is het verleidelijk om het verschil te associëren met een religieuze levenshouding. Vanuit een protestantse (of calvinistische) levenshouding is plezier iets wat pas achteraf, na het vervullen van een aardse plicht, genoten kan worden, terwijl het meer volgens de katholieke catechismus wordt geacht om ook in het hier en nu plezier te hebben. Ik weet echter niet of een dergelijk verschil in deze tijd nog wel zo zichtbaar zou zijn. Bovendien zou je dan verwachten dat het al een hele tijd bestaat (wat misschien ook zo is). In elk geval zou een Noord-Zuidverschil, als dat al bestaat, zo'n verklaring kunnen ondersteunen.
Een hedendaagse cultuurfilosoof zou het verschil kunnen ophangen aan een meer maatschappelijke trend, namelijk de trend van het utilitarisme, de levenshouding die overal een nuttig gevolg van eist. Dit is zeker in het onderwijs een dominante opvatting: alles wat je doet moet nuttig zijn, en vooral in je latere leven een positief gevolg hebben. Dit past ook wel een beetje bij het gesignaleerde gebruik van Veel plezier ervan! in de context van het lezen van boeken. Ook het literatuuronderwijs wordt tegenwoordig vooral beargumenteerd door te wijzen opde positieve effecten. Zo staat in het Manifest Nederlands op School de volgende passage: "Het lezen van fictie en literatuur is niet alleen een plezierig tijdverdrijf, het bevordert ook een esthetische, emotieve, sociale, intellectuele en talige ontwikkeling." Met andere woorden: plezier met is leuk en aardig, maar het gaat ook en vooral om plezier van.
Die betekeniselementen van Veel plezier ermee! zijn niet zo moeilijk te identificeren. Allereerst gaat het natuurlijk om de modale betekenis wenselijkheid. De context van de taaluiting vereist dat er een wens uitgesproken wordt bij het overhandigen van iets. Aangezien de uiting een ervaring noemt (plezier is een ervaring), ligt het voor de hand dat de wenselijkheid gekoppeld wordt aan het optreden van die ervaring in de toekomst. Dit zijn de twee betekenisaspecten existentie en begin.
De context van de taaluiting brengt verder met zich mee dat de wenselijkheid gekoppeld wordt aan de persoon van de spreker (die spreekt de wenselijkheid uit), terwijl de ervaring gekoppeld wordt aan de luisteraar (die wordt geacht de ervaring te ondergaan).
De voorzetsels van of met, opgesloten in de voornaamwoordelijke bijwoorden ervan of ermee, verbinden de ervaring ten slotte met iets anders (er). Ze spreken de veronderstelling uit dat de gewenste ervaring het gevolg is van iets. Wat kan dat iets zijn? Klaarblijkelijk is dat de gebruikelijke actie die verricht wordt bij gebruikmaking van het overhandigde item. In de meeste gevallen het lezen, maar het kan natuurlijk ook het ondersteunen van een te korte tafelpoot, het oogsten van bewondering in je sociale kring, het bereiken van financieel gewin, of het door verbranding verwarmen van een tochtig vertrek in de komende wintermaanden betreffen. Dat wordt allemaal in het midden gelaten. Niet weggelaten, maar overgelaten aan de koper. En daarbovenop komt dus het verschil tussen ermee en ervan: bij ermee wordt het gevolg geacht op te treden tijdens die actie, en bij ervan is dat na afloop van die actie.
De taaluiting Veel plezier ervan/ermee! wordt dus, voornamelijk door de context, voorzien van de betekenisaspecten (wat mij betreft) wenselijk, (wat jou aanbelangt) begint te existeren, als gevolg van, en tijdens of na het gebruikelijke gebruik maken.
Als je dit allemaal in een complete zin zou moeten uitdrukken, dan zou je dus iets moeten zeggen als Ik vind het wenselijk dat de ervaring 'plezier' in ruime mate bij u zal beginnen op te treden als gevolg van, en tijdens/na de gebruikelijke wijze waarop u hiervan gebruik gaat maken. Maar dat zegt natuurlijk niemand.
Eigenlijk associeerde ik Veel plezier ervan! met taalgebruikers uit de noordelijke (of noordoostelijke) helft van Nederland (als ik het terughaal hoor ik iets van een noordoostelijke tongval in dat ervan), maar zeker weten doe ik dat niet. Het kan ook zijn dat het iets moderns is, maar ook dat kan een geval van taalkundig gezichtsbedrog zijn omdat het me nu zo sterk opvalt.
Taalkundig is het verschil niet zo heel erg spannend. Je kunt het droogkoken tot een tijdsverschil in de semantische rol van het gewenste plezier. Die semantische rol is ongetwijfeld op de een of andere manier het resultaat, of het gevolg van iets. Zeg je Veel plezier ermee! dan wordt het gewenste plezier geacht op te treden als gevolg van, tijdens het lezen van het boek (eigenlijk: tijdens het veronderstelde gebruik van het boek). Bij Veel plezier ervan! ligt de nadruk veel meer op het plezier dat optreedt als gevolg van, maar na het lezen van het boek.
Andere gebruikswijzen van plezier van of plezier met ondersteunen dit. Je hebt plezier van een opvoeding of opleiding, maar plezier met een spelletje of een theatervoorstelling. Uiteindelijk is dit verschil terug te voeren op de betekenis van het voorzetsel van, dat een bron of oorzaak aanduidt, tegenover het voorzetsel met, dat eerder op een samengaan of gelijktijdigheid duidt.
Zo'n verschil is natuurlijk ook voer voor cultuurfilosofen. Voor een cultuurfilosoof van pakweg een halve eeuw geleden is het verleidelijk om het verschil te associëren met een religieuze levenshouding. Vanuit een protestantse (of calvinistische) levenshouding is plezier iets wat pas achteraf, na het vervullen van een aardse plicht, genoten kan worden, terwijl het meer volgens de katholieke catechismus wordt geacht om ook in het hier en nu plezier te hebben. Ik weet echter niet of een dergelijk verschil in deze tijd nog wel zo zichtbaar zou zijn. Bovendien zou je dan verwachten dat het al een hele tijd bestaat (wat misschien ook zo is). In elk geval zou een Noord-Zuidverschil, als dat al bestaat, zo'n verklaring kunnen ondersteunen.
Een hedendaagse cultuurfilosoof zou het verschil kunnen ophangen aan een meer maatschappelijke trend, namelijk de trend van het utilitarisme, de levenshouding die overal een nuttig gevolg van eist. Dit is zeker in het onderwijs een dominante opvatting: alles wat je doet moet nuttig zijn, en vooral in je latere leven een positief gevolg hebben. Dit past ook wel een beetje bij het gesignaleerde gebruik van Veel plezier ervan! in de context van het lezen van boeken. Ook het literatuuronderwijs wordt tegenwoordig vooral beargumenteerd door te wijzen opde positieve effecten. Zo staat in het Manifest Nederlands op School de volgende passage: "Het lezen van fictie en literatuur is niet alleen een plezierig tijdverdrijf, het bevordert ook een esthetische, emotieve, sociale, intellectuele en talige ontwikkeling." Met andere woorden: plezier met is leuk en aardig, maar het gaat ook en vooral om plezier van.
Bonus: en nu de rest
En hoe zit het nu met die hele wens, Veel plezier ermee/ervan? Is dat een samentrekking van Ik hoop dat u veel plezier ermee/ervan zult hebben? Ik denk het niet. Het is erg verleidelijk om elliptische uitingen taalkundig af te leiden van complete zinnen, maar ik denk dat dit vaak, en zeker in dit geval, niet terecht is. Taalgebruik is niet zozeer gebaseerd op complete zinnen waarin je weglaat wat je denkt dat je gesprekspartner zelf wel kan bedenken, het is eerder het opeenstapelen van een minimale hoeveelheid betekeniselementen om je gesprekspartner zelf een betekenis te laten construeren.Die betekeniselementen van Veel plezier ermee! zijn niet zo moeilijk te identificeren. Allereerst gaat het natuurlijk om de modale betekenis wenselijkheid. De context van de taaluiting vereist dat er een wens uitgesproken wordt bij het overhandigen van iets. Aangezien de uiting een ervaring noemt (plezier is een ervaring), ligt het voor de hand dat de wenselijkheid gekoppeld wordt aan het optreden van die ervaring in de toekomst. Dit zijn de twee betekenisaspecten existentie en begin.
De context van de taaluiting brengt verder met zich mee dat de wenselijkheid gekoppeld wordt aan de persoon van de spreker (die spreekt de wenselijkheid uit), terwijl de ervaring gekoppeld wordt aan de luisteraar (die wordt geacht de ervaring te ondergaan).
De voorzetsels van of met, opgesloten in de voornaamwoordelijke bijwoorden ervan of ermee, verbinden de ervaring ten slotte met iets anders (er). Ze spreken de veronderstelling uit dat de gewenste ervaring het gevolg is van iets. Wat kan dat iets zijn? Klaarblijkelijk is dat de gebruikelijke actie die verricht wordt bij gebruikmaking van het overhandigde item. In de meeste gevallen het lezen, maar het kan natuurlijk ook het ondersteunen van een te korte tafelpoot, het oogsten van bewondering in je sociale kring, het bereiken van financieel gewin, of het door verbranding verwarmen van een tochtig vertrek in de komende wintermaanden betreffen. Dat wordt allemaal in het midden gelaten. Niet weggelaten, maar overgelaten aan de koper. En daarbovenop komt dus het verschil tussen ermee en ervan: bij ermee wordt het gevolg geacht op te treden tijdens die actie, en bij ervan is dat na afloop van die actie.
De taaluiting Veel plezier ervan/ermee! wordt dus, voornamelijk door de context, voorzien van de betekenisaspecten (wat mij betreft) wenselijk, (wat jou aanbelangt) begint te existeren, als gevolg van, en tijdens of na het gebruikelijke gebruik maken.
Als je dit allemaal in een complete zin zou moeten uitdrukken, dan zou je dus iets moeten zeggen als Ik vind het wenselijk dat de ervaring 'plezier' in ruime mate bij u zal beginnen op te treden als gevolg van, en tijdens/na de gebruikelijke wijze waarop u hiervan gebruik gaat maken. Maar dat zegt natuurlijk niemand.